Supertype

June 21st, 2011 § Comments Off on Supertype § permalink

Tokyo diagram

This is a study I did for Stefan Bendix and Aglaée Degros from Artgineering on the A12 motorway between Utrecht and Nieuwegein in 2009.  I was asked to do an objective ‘observation’ of the motorway and its surroundings from the perspective of landscape. It was published in a cahier along with observations by Oedzge Atzema, Mathieu Berger, Leonie Janssen-Jansen, Peter Kemp, Willem Salet, Julian Scafe and Jeroen van Westeren. My special thanks to Jan Wilbers for the 3D models and other images.

Snelwegzones hebben een bijzondere aantrekkingskracht op stedelijke ontwikkelingen. In Nederland zorgt de conjunctie van milieuwetgeving, marktwerking en bestuurlijke verdeling voor een ongekende dynamiek langs het snelwegennetwerk in de buurt van grote steden. De beslissing in het Structuurschema Hoofdwegennet van 1966 om het wegenstelsel in het open landschap langs bestaande stedelijke kernen te leggen schiep daar bovenop de ruimtelijk condities voor een geheel nieuw verstedelijkingstype. Op deze ontwikkeling werd al in het Structuurschema geanticipeerd. Men verwachtte dat een nieuw type stad zich zou vormen langs het “gesuperponeerde hoofdwegennet van de ‘stad Nederland’, die in de komende decennia zal ontstaan”. ((Het Landelijk Wegennet van de Toekomst, Utrecht 1966.)) Rond de stedelijke kernen van West Nederland heeft deze voorspelling zich grotendeels voltrokken. Maar hoewel de stad wordt aangetrokken door de snelweg zijn beiden nauwelijks met elkaar verweven. Vanaf de jaren zestig is het snelwegennet zich steeds meer gaan verzelfstandigen ten opzichte van haar omgeving. De snelweg maakt weliswaar deel uit van het openbare ruimte netwerk van de stad, maar levert er geen wezenlijke bijdrage aan. Bovendien verdragen stedelijke functies zoals wonen en verblijven lawaai, vervuiling en snelheid zich nu eenmaal slecht. ((S. De Wit, R. Aben, Black Greens (Amsterdam: Architectura & Natura Press, 2007) )) De dynamiek en schaal van de snelwegzone gaat ook de stedelijke ruimte te boven; het stedenbouwkundige en architectonische instrumentarium laat de zone doorgaans links liggen. Waar deze situatie zich lange tijd voortzet ontstaat een gebied met geheel eigen ruimtelijke, programmatische en organisatorische eigenschappen. ((R. Van der Velde, Badlands, afstudeer project AVB 1999)) » Read the rest of this entry «